Hoe gaat het nu?


Tekst: Sander

Toen ik in 2009 de diagnose kreeg, wilde ik zelf niet inzien dat ik een manie had. Mijn vriendin waarmee ik samenwoonde, wilde dat ik hulp ging zoeken. Maar na een korte vrijwillige opname van slechts vier dagen heb ik mijn spullen weer ingepakt en ben ik tegen beter weten in huiswaarts gekeerd. Daar kreeg zij weer te maken met mijn gevoelens van onmacht en frustratie. Kort hierop zijn wij uit elkaar gegaan. Jammer, maar wel begrijpelijk.

Een jaar later, tijdens een manie met ernstige psychotische kenmerken, heb ik veel vrienden en kennissen verloren doordat ik op Hyves diverse berichten had geplaatst. Pas na een opname van elf weken in een GGZ-kliniek en na het slikken van Zyprexa (de werkzame stof is olanzapine) ben ik langzaam weer opgeknapt. Hierna heb ik enkele jaren nazorg gehad van een sociaal psychiatrisch verpleegkundige (spv-er) en een psychiater.

Meer hierover kun je lezen in mijn eerste gastblog:
https://petraetcetera.com/2017/11/13/mijn-bipolaire-ervaring/

Op dit moment ben ik ingesteld op tien milligram olanzapine. Dit middel slik ik nog dagelijks. Wel word ik regelmatig nog herinnerd aan die vervelende manische periode van toen. Ik ben namelijk dertig kilogram in gewicht gegroeid. Met behulp van een diëtiste ben ik ooit al eens acht kilogram afgevallen maar ook weer bijgekomen. Vrij recent heb ik een gesprek gehad met de huisarts en word doorverwezen naar een praktijkondersteuner van de ggz om te praten over toenemende somberheid en stemmingswisselingen per dagdeel. Ook heb ik de vraag gesteld aan mijn zorgverzekeraar of het mogelijk is om op korte termijn te starten met gecombineerde leefstijlinterventie (GLI); een intensief traject van twee jaar om meer kennis op te doen en een gezondere leefstijl aan te leren wat betreft voeding en beweging. Ik wil toch weer een poging wagen om af te vallen en fitter te worden.

Sinds enige tijd wil ik ook actief het stigma rondom bipolariteit doorbreken door open en eerlijk te zijn over mijn bipolaire stoornis. Toen ik in 2016 begon met vrijwilligerswerk, bij de zorgboerderij hier op het dorp, heb ik aan mijn leidinggevende van het activiteitencentrum globaal wel verteld wat ik had. Aan de bewoners en andere vrijwilligers/deelnemers doelbewust niet. Op dit moment heb ik liever dat iemand mij, inclusief mijn rugzakje, accepteert zoals ik ben en kan iemand daar niet mee omgaan dan heb ik pech gehad.

Daarnaast heb ik ruim anderhalf jaar geleden contact gezocht met de vereniging plusminus om opnieuw deel te nemen aan een lotgenotengroep in mijn regio. Deze bestond niet meer en het heeft lange tijd geduurd voordat een nieuwe groep werd opgestart. In de Corona-tijd waren dat eerst online meetings via Zoom. Deze zomer heb ik gelukkig andere lotgenoten een keer in het echt ontmoet tijdens een wandeling. Tijdens deze gesprekken kreeg ik te maken met veel herkenning en erkenning van mijn ervaringen. Dat was fijn en ik had een plek gevonden waar ik mij thuis voelde.

In de periode van april tot en met september 2021 ben ik doorgaans bijna elk weekend actief met diverse uitstapjes van verenigingen waar ik lid van ben. Dan ben ik positief gestemd en wil ik zelf ook uitstapjes gaan organiseren om anderen bij elkaar te brengen en hun een leuke middag of avond te bezorgen.

Bij het korter worden van de dagen kan ik nog wel veel last hebben van somberheid of een zogenaamde winterdepressie, bijvoorbeeld bij het opstarten van de dag. Als ik in de ochtend een doel of afspraak heb dan lukt het mij vaak om op tijd op te staan. Heb ik geen activiteit gepland dan slaap ik het klokje rond en lukt het mij niet om structuur te vinden. Doordat ik mijzelf nu openstel naar anderen krijg ik tips om hiermee om te gaan.

Sinds begin 2021 heb ik thuis hulp van een persoonlijk begeleider, wat tot stand is gekomen via de zorgboerderij. Door te praten over situaties, meestal in relatie tot diverse kennissen en vrienden, leer ik te groeien hierin. Ook ben ik erachter gekomen dat ik meer op zoek ben naar een spontaan maatje die mijn verhalen kan aanhoren en tips geeft.


Ik ben Sander, 44 jaar, en ik woon in Lekkerkerk (Zuid-Holland) samen met mijn kater Tom (13). Wandelen in de natuur doe ik nog steeds heel graag maar ik bezoek ook muziekfestivals, museums, exposities, evenementen en de thermen. Sinds vorig jaar ben ik activiteitencoördinator van een gezondheidsvereniging.

Het toetje van het leven

Tekst en foto’s: Emma Schlikker-Carstens (helaas overleden)
Dit blog verscheen eerder op Stoere Vrouwen Sporten

Dit jaar werd ik 65. Officieel hoeft dan niet zo veel meer, voor mij gold dat echter niet. Twee jaar hiervoor was mijn elastiek uitgerekt, zoals mijn huisarts dat zo terecht verwoorde. Dat elastiek had het overigens vrij aardig gedaan. Met allerlei trucks kon ik mijn ziekte 60 jaar camoufleren, een eenzame weg en niet de juiste. De diagnose ‘bipolaire stoornis’ was enerzijds een opluchting, omdat ik het niet meer hoefde te verstoppen, maar anderzijds betekende het werk aan de winkel. Achterstallig onderhoud, zoals mijn psychiater het kernachtig zei. Met dit laatste ben ik flink aan de slag, en dat is de moeite waard.

heart-chirunning

Mijn behandelaars bij Vitaalpunt gaan uit van het principe ‘praten EN bewegen’ en eventueel ook nog medicatie, een goede combinatie . Weliswaar bewoog ik – rusteloos mens als ik was – altijd wel, maar of ik daar nu rustiger door werd, is nog maar de vraag. Ik wist vaak helemaal niet waar ik het zoeken moest. En dat is nu heel anders.

De gewoonte om te gaan hardlopen had ik me al eigen gemaakt, al deed ik dat ook wel met de nodige tegenzin. Maar altijd gaf het verlichting van dat overvolle hoofd en dus was het winst. Gaandeweg heb ik me verdiept in mindful lopen. Zo heb ik een clinic over ChiRunning bijgewoond van Marion Meesters. Mijn psychiater wees me op deze sport.
Intussen ben ik het aan het leren – en dat is al zo leuk – om aandachtig te lopen, het vers gemaaide gras te ruiken, vogels te horen kwetteren, en wat zoal niet meer. Van een soort loopautomaat ben ik een bewuste loper aan het worden.

En het ligt me, het is fijn voor elke leeftijd, iedereen kan dit en er is weinig kans op blessures. Intussen loop ik anders, intenser, en zonder dat heilige moeten, waar ik zo gevoelig voor ben. En, het gaat lekker. Mijn dochter zei eens, toen ik dieper dan diep zat: “Dat blije meisje wat ik ken, moet weer terugkomen hoor mam”

Daar werk ik aan, sterker nog: voorzichtig is ze aan het terugkomen. Met bipolariteit valt te leven, het is een sport om dit te laten lukken, en in dit geval is sport letterlijk ook een belangrijk onderdeel. Ik ga er voor. Voor het toetje van het leven.


Emma

Ik ben Emma, opgegroeid in een groot gezin met een rustige introverte vader en een extraverte moeder, die manisch depressief was. Ik was een rustig kind die geen problemen gaf. Op vijfjarige leeftijd mijn broertje verloren, waar ik het moedertje voor was.

Als enige van het gezin erfelijk belast, heb ik alles ingezet om niet zo te eindigen als mijn moeder.
 Grotendeels lukte dat ook … tot het elastiek uitgerekt was. 
Wat jammer is, dat ik het decennia lang verborgen heb gehouden. Een eenzame zware strijd. 
Ik heb uiteindelijk hulp gezocht en daardoor veel inzicht gekregen. 
Medicatie en sport helpen maar ik heb het ook enorm getroffen met mijn dokter. 
En mijn familie is geweldig.
 Desondanks, over zal het niet gaan, het blijft dealen. 
Als het een tijd stabiel is, denk je altijd dat het zo blijft en dat is niet zo, dus acceptatie is heel erg belangrijk . Maar van heel erg belang is ook om er iedere keer weer in te geloven dat het weer beter zal gaan .